"Het integraal gezondheidscentrum heeft gekozen voor het combineren van de inzichten uit de westerse en oosterse geneeskunst, waarbij zowel psychische als fysieke klachten tegelijk behandeld worden om het optimale resultaat uit de therapie te halen."
-Waarin onderscheidt de oosterse geneeskunde (bv acupunctuur) zich van westerse geneeskunde?
Binnen de oosterse geneeskunst kent men vele vormen van vroege diagnostiek, die echte preventieve geneeskunde mogelijk maken.
De oosterse filosofie kent veel meer verbanden en denkt meer holistisch dan de westerse geneeskunde. Dieet- en voedingfactoren, gedrag, temperament, uiterlijke kenmerken, persoonlijke voorkeuren en het elektromagnetisch energieveld van de mens, worden in het diagnostisch proces betrokken. Medemenselijkheid en compassie, respect voor de mens en zijn omgeving, zijn zeer belangrijke attitudes in de oosterse filosofie.
Toch dienen de methoden gezien te worden als een aanvulling op de westerse geneeskunde. Geen enkele westerse acupuncturist kan de westerse diagnostiek en therapie missen in zijn werk. De westerse geneeskunde is echter niet in staat elke patiënt te helpen. Dat kan acupunctuur ook niet, maar samen kunnen ze meer. Acupunctuur is een aanvullende vorm van geneeskunde. Ongunstige bijwerkingen zijn zeldzaam, gunstige effecten zijn daarentegen des te talrijker.
-Waarom is gekozen voor een multidisciplinaire aanpak?
Al in 1966, toen het centrum opgericht werd, is gekozen voor een multidisciplinaire invalshoek. De praktijk zoals deze nu bestaat, heeft die invalshoek nog steeds.
In de multidisciplinaire overleggen worden diagnoses, behandelplannen en behandelprocessen besproken en worden resultaten geëvalueerd. Hierdoor worden de klachten van iedere patiënt vanuit verschillende disciplines (oa. fysiotherapie, psychologie, haptonomie, acupunctuur enz.) belicht en uitgevraagd.
Dit heeft vele voordelen:
* een zeer brede patiënten- en klachtenscreening,
* gemakkelijke doorverwijzing naar een benodigde andere therapie (''alles onder een dak''),
* grotere intensiteit van de behandelingen door de ondersteunende werking,
* automatische intervisie en controle tussen de therapeuten,
* optimaal gebruik van de tijd door beperkte administratieve handelingen
* ook bij complexe problematiek kunnen wij, ná de revalidatie, nog verbetering bewerkstelligen.